Praten over gevoelens met een puber – hoe doe je dat?
Pubers en praten over gevoelens – het klinkt soms als een onmogelijke combinatie. Waar je kind vroeger nog spontaan op schoot kroop en zijn hart uitstortte, krijg je nu vaker een zucht, roll eyes of een gesloten deur.
Toch hebben pubers gevoelens die vaak juist intens zijn. Ze maken grote veranderingen door, in hun lichaam én hun brein. Ze zoeken hun plek, hun grenzen, hun identiteit. En daarbij horen onzekerheid, boosheid, angst, blijdschap, verliefdheid… Maar het verwoorden daarvan? Dat is niet vanzelfsprekend.
In deze blog geef ik tips over hoe je tóch in contact kunt blijven – op een manier die past bij je puber én bij jou.
- Kies je moment – en houd het luchtig
Een diep gesprek ‘aan tafel’ met verwachtingsvolle ogen kan voor een puber aanvoelen als een verhoor. Kies liever een ontspannen moment: in de auto, tijdens een wandeling, of als jullie samen iets doen (koken, opruimen, hond uitlaten). Als je elkaar niet steeds hoeft aan te kijken, praat dit een stuk makkelijker.
- Luisteren zonder problemen op te willen lossen
Pubers hebben vaak geen behoefte aan directe oplossingen. Ze willen vooral gehoord worden. Als jij meteen advies geeft (“Je moet gewoon…”), voelt het alsof hun gevoel er niet mogen zijn.
Probeer liever dit:
- “Dat klinkt echt heel vervelend.”
- “Wat ingewikkeld.”
- “Wil je gewoon even je verhaal kwijt, of zal ik meedenken?”
Met dit soort reacties voelt je puber zich gezien, in plaats van beoordeeld.
- Toon kwetsbaarheid (op een volwassen manier)
Praat ook over je eigen gevoelens, zodat je kan laten zien dat emoties erbij horen en het goed is om ze te delen. Bijvoorbeeld:
- “Ik was gisteren best gespannen voor die vergadering.”
- “Sorry, ik reageerde wat kort. Ik ben wat gespannen door dat telefoontje dat ik nog moet plegen.”
Zo laat je zien dat praten over gevoelens oké is – ook als volwassene.
- Respecteer stilte – maar blijf nabij
Niet alles hoeft uitgesproken te worden. Soms wil je puber gewoon even niet praten. Dat is oké. Maar laat wél merken dat je er bent, zonder te pushen. Een simpel: “Als je iets kwijt wil…. Ik ben er,” is genoeg.
Wees betrouwbaar en geduldig. De meeste pubers komen uiteindelijk wel – op hún moment, niet op het jouwe.
Tot slot: jij bent nog steeds hun veilige basis
Ook al lijkt je puber zich af te zetten of niets te delen, jouw rol is nog steeds ontzettend belangrijk. Als jij beschikbaar, kalm en oprecht blijft, geef je hen de ruimte om zichzelf te zijn – mét alles wat daarbij hoort. Over gevoelens praten komt dan vanzelf, op hun tempo.
Wil je ondersteuning in het contact met je puber of loopt de communicatie vast? Neem gerust contact op voor een vrijblijvend kennismakingsgesprek.